Martin Brundle vindt dat de straf die George Russell ontving tijdens de openingsfase van de Grand Prix van Oostenrijk na een botsing met Sergio Perez. De twee kwamen in contact en Russell werd als schuldige aangewezen. Perez zelf moest na enkele ronden noodgedwongen de strijd staken.
Russell mocht de Grand Prix van Oostenrijk vanaf de vierde plek starten. Daar eindigde hij uiteindelijk ook, maar dat ging niet zonder slag of stoot. In de openingsfase kwam hij de beter vertrokken Perez tegen op zijn pad. Russell tikte de achterkant van de RB18 aan, waardoor Perez met schade achterstevoren kwam te staan. De man uit Guadalajara vervolgde nog wel even zijn tocht, maar de schade aan zijn bolide was té groot en het betekende einde oefening voor de Mexicaan.
Weinig overzicht
Eerder liet bijvoorbeeld Olav Mol al zijn licht schijnen op de situatie en de commentator had zo zijn vraagtekens bij de straf voor Russell. Ook Brundle noemt in zijn column voor Sky Sports de vijf seconden die de Brit aan zijn broek kreeg 'zwaar gestraft'. "Ik dacht dat de straf van Russell voor zijn contact met Perez aan de zware kant was. Ik heb tien ronden gereden in mijn Benetton uit 1992 in Oostenrijk en dat herinnerde mij aan hoe onoverzichtelijk, krap en veeleisend sommige bochten zijn", opent de Brit.
Meerdere factoren
Hij vervolgt. "Bij de start van de race, waarbij de auto's vol liggen met benzine en de voorbanden niet op temperatuur zijn, is het logisch dat je onderstuurt in bocht vier. Ook is het een vrij groot risico om daar via de buitenkant te gaan. Ik vond dat George zijn best deed om de kerb aan de binnenkant te pakken en ruimte te laten en ook aan de buitenkant was er nog ruimte voor Sergio. Omgekeerd is het en prima argument om te zeggen dat de coureur aan de binnenkant het gas los kan laten of kan remmen, maar dat zal niet gebeuren, besluit hij.