Jack Plooij verwacht dat de spanningen tussen Max Verstappen en Charles Leclerc dit seizoen niet zo hoog op zullen lopen als tussen de Nederlander en Lewis Hamilton afgelopen jaar: "Er is wederzijds respect."
Het Formule 1-seizoen van 2022 is inmiddels negen ronden onderweg. Sinds de aftrap in Bahrein hebben we meerdere indrukwekkende duels op de baan gezien tussen Verstappen en Leclerc, al is de Monegask momenteel teruggezakt naar de derde plaats in het kampioenschap vanwege een aantal moeizame weken voor het team van Ferrari. Mochten de Italianen de boel echter weer aan het lopen krijgen, is het niet uitgesloten dat de twee kemphanen tot het einde van het seizoen nek aan nek met elkaar richting de finish gaan. Plooij hoopt het in ieder geval.
Wederzijds respect
"Ja, leuk man!", vertelt hij in gesprek met GPFans. "Waar ze elkaar nog naar de keel vlogen in het karten, heb ik het gevoel dat er nu wel wederzijds respect is. Ze gaan denk ik niet met elkaar feesten en uiteten, maar ze denken wel: 'Oké jij wint, ik pak je de volgende keer wel.'" Gevraagd naar of het geen kwestie van tijd is voordat het een keer misgaat als ze steeds samen vooraan blijven rijden, klinkt het: "Ik denk het niet. Ik denk dat het niet zo misgaat als met Hamilton. Hamilton heeft altijd gezegd: ‘That guy.’ Ik denk dat Max een beetje het gevoel heeft gehad dat hij niet erkend werd door Lewis. Deze twee gasten weten precies hoe goed ze zijn, dus er is wederzijds respect."
Verstappen getergd
Plooij heeft het gevoel dat het daar afgelopen seizoen aan ontbrak: "Ik denk dat dat bij Lewis richting Max niet zo was", klinkt het. "Dat was meer van: ‘Dat jochie, dat komt wel een keer.’ Dat prikkelde Max heel erg. Dat heeft hem er ook enorm toe gedreven. Mag ik je even meenemen naar Abu Dhabi 2021, een minuutje of tien voor het einde van de race: opeens zet hij zijn auto naast die van Lewis." Volgens Plooij was dat puur een machtsspelletje om te laten zien wie de betere banden had. "Dat Lewis nooit dat respect naar Max heeft getoond, dat heeft hem alleen maar beter gemaakt. Hij was getergd. Dat je dan op het beslissende moment van het kampioenschap daar nog ruimte voor hebt in je hoofd, dat vind ik ongelofelijk."