George Russell was na afloop van de Grand Prix van Sakhir sprakeloos en enorm emotioneel. De Brit benadrukt dat hij trots is op zijn eigen prestaties maar dat hij desalniettemin enorm teleurgesteld is.
Russell mocht tijdens de Grand Prix van Sakhir van vorig jaar instappen hij het team van Mercedes, nadat Lewis Hamilton positief was getest op het coronavirus. De Brit moest hiervoor instappen in een auto die veel te klein voor hem was en zelfs te kleine schoenen dragen. Ondanks die ongemakken deed hij het hele weekend uitstekende zaken. Hij was de dominante man op vrijdag en kwam in de kwalificatie erg dicht bij de pole tijd van Valtteri Bottas. Ook de race verliep geweldig en lange tijd leek hij dan ook op de overwinning af te stevenen. Helaas mocht het niet zo zijn.
Toen Mercedes een dubbele pitstop wilde uitvoeren met Russell en Bottas, ging het namelijk faliekant mis. Er bleek een fout te zijn gemaakt met de banden, waardoor Russell met de banden van Bottas was vertrokken. Omdat dit tegen de reglementen is, moest Russell weer naar binnen komen. Op zijn verse setje banden scheurde hij echter door het middenveld heen en leek hij wederom een goede kans op de overwinning te maken. Helaas kreeg hij toen een lekke band, waardoor hij weer terug de pits in moest en uiteindelijk genoegen moest nemen met de negende plek.
Teleurstelling
"Iedereen zou in die situatie moeite hebben gehad om zijn emoties op orde te houden", vertelt Russell openhartig bij GQ-Magazine. "Ik kwam terug naar mijn kamer en gooide alles neer. Ik was sprakeloos, om eerlijk te zijn, en erg emotioneel", geeft hij toe. "Toen kwamen Toto en Bono [de race-ingenieur van Mercedes] binnen. Ze zeiden: 'Je was geweldig. Het spijt ons zo. Je tijd zal weer komen'." legt hij uit. "Ik was duidelijk teleurgesteld, maar tegelijkertijd ongelooflijk dankbaar dat ik de kans had gekregen. Ook was ik trots op hoe de race verlopen was, aangezien ik op zo'n korte termijn, en zonder voorbereiding, moest instappen in een auto waar ik nog nooit in gereden had."
Na afloop van de race voelde hij dat mensen anders naar hem keken. "Ik merkte zeker het verschil in de paddock. Mensen merkten me meer op. Maar ook buiten het circuit, op het vliegveld en op andere plaatsen, herkenden ze me veel meer. Er was veel respect voor me. Het is moeilijk om te weten hoe goed iemand is als hij achteraan het veld rijdt. Dit heeft de critici tot zwijgen gebracht."