Nico Hülkenberg maakte zo mogelijk een nog bizarder weekend mee dan eerder dit jaar in Silverstone. Hij gaf op de Nürburgring ondanks een compleet gebrek aan voorbereiding een perfect visitekaartje af. Dat terwijl Alexander Albon een breekpunt bereikt lijkt te hebben. In combinatie met de uitspraken van Dr. Helmut Marko lijkt het dan ook dat ‘The Hulk’ dichterbij een stoeltje bij Red Bull Racing is dan ooit tevoren.
Moet je voorstellen dat je rustig met wat vrienden een bakkie koffie aan het drinken bent en vervolgens gebeld wordt of je die middag even wil komen kwalificeren en morgen een race kan rijden. De zaterdag van Nico Hülkenberg was er één die hij nooit meer zal vergeten. De kwalificatie ging niet best, dat zij hem uiteraard vergeven, maar wat er de dag erna gebeurde, zal ervoor hebben gezorgd dat hij óók de zondag nooit meer zal vergeten. Op ijzersterke wijze wist de Duitser zich, ondanks het feit dat het overduidelijk fysiek compleet slopend was, zich een weg te banen naar een puntenfinish. Hij liet zelfs meerdere keren zien dat hij andere coureurs in racesituaties gewoon de baas was.
Hülkenberg bewees maar weer eens dat zijn veelbelovende aanloop in de opstapklasses naar de Formule 1 echt geen loze belofte was. Hij is simpelweg niet vaak in de positie gekomen om het volledige uit zijn talent te halen. Tot afgelopen zondag. Wat hij daar heeft gepresteerd, is mogelijk de allerbeste reclame die hij ooit voor zichzelf heeft kunnen maken. Als je out of the blue zo weet te racen zonder er fysiek klaar voor te zijn, zonder training, zonder recente ervaring op dat circuit, dan kun je wel wat.
Iedereen lijkt het er dan ook wel over eens dat Hülkenberg absoluut van de partij hoort te zijn in de Formule 1. De mogelijkheden lijken wat dat betreft alleen wel beperkt geworden, maar een geheimzinnige glimlach van Hülkenberg verraadde in zekere zin dat hij wel kansen ziet. De grootste kans is misschien wel gelijktijdig met zijn geweldige race ontstaan. Terwijl ‘The Hulk’ lekker bezig was, barstte de bom bij Alexander Albon. Hoewel Albon al langer onder druk staat, was zondag een nieuw dieptepunt. Zijn boordradio ‘they’re racing me so hard’ is echt het allerlaatste wat je als coureur van je wil laten horen. Al helemaal als je bij Red Bull Racing zit, waar men niet zomaar coureurs maar ‘killers’ wil zien.
Red Bull heeft hem gelukkig meer kansen gegeven dan Gasly vorig jaar, maar nu moet toch een keer de pijnlijke conclusie getrokken worden dat hij een maat te klein is voor het team. Dat hij potentie heeft, dat is echter wel helder. Gewoon terug naar AlphaTauri dus, dat was voor Gasly ook goed. Kvyat zien we zo goed als zeker niet meer terug en ook Tsunoda lijkt van de baan wegens het vertrek van Honda, dus die plek is er weer voor Albon. En dan is er maar één coureur waar Red Bull Racing nog een meesterzet mee kan doen: Hülkenberg. Sommigen zeggen dat Gasly terugzetten nog een optie is, maar waarom zou hij niet toch weer terugzakken in een veel moeilijkere positie? Daarbij lijkt er überhaupt nog veel meer te rommelen tussen hem en Red Bull Racing.
Uitspraken van Dr. Marko bevestigen dat Hülkenberg nota bene vóór zaterdag al onder een sneltoets zat en dat hij nu toch echt op het lijstje staat bij Red Bull. Hij had mogelijk zelfs al voor Albon in kunnen vallen als Albon positief had getest op het coronavirus. Er lijkt dus nog maar één drempel te zijn: wat doet men met Albon? Ik denk dat het eens tijd wordt voor Red Bull Racing om hun principiële vasthouden aan de eigen poule overboord te gooien: ze hebben gewoon een ervaren rot nodig om volgend jaar écht alles uit de situatie te halen. Iemand die Max kan ondersteunen op de baan, maar ook waardevolle ontwikkelende bijdragen kan leveren aan de auto. Hülkenberg is hun man. Ik zal de komende weken voor hem duimen.