Helmut Marko is ervan overtuigd dat de Koningsklasse niets hoeft te vrezen van zijn jongere, milieuvriendelijke broertje. Volgens de adviseur van Red Bull is de massale commerciële verschuiving richting de klasse waarin onder andere oud-formule 1-coureurs Felipe Masa en Stoffel Vandoorne actief zijn, geen reden tot paniek.
Al sinds mensenheugenis is de Formule 1 de grootste motorsportklasse die er bestaat. Van heinde en verre komen fans naar circuits over de hele wereld om hun favoriete coureur en de vlag die ze vertegenwoordigen aan te moedigen. Met het aanbreken van het nieuwe millenium is de bewustwording omtrent het milieu drastisch toegenomen en werden regels in de koningsklasse aangescherpt. En met de doorontwikkeling van de elekrische motor, was daar in 2012 dan ook de Formule E, het groene broertje van de Formule 1.
De introductie van een grootschalige energiezuinige motorsportklasse, georganiseerd door de FIA, was voor bedrijven ontzettend interessant en autofabrikanten haakten dan ook massaal aan. Iets dat de vraag doet rijzen: 'Gaat de Formule E de Formule 1 op den duur van de troon stoten als populairste klasse?' Als het aan Helmut Marko ligt, is het antwoord daarop, nee. "De Formule E is geen partij voor ons. We hebben niks van die klasse te vrezen zolang er enorme, diesel-aangedreven installaties nodig zijn om de elektriciteit voor die wagens mee op te wekken," zo zegt de adviseur tegenover Die Kleine Zeitung.
Volgens Marko is de amusementswaarde van de Formule 1 er één die oneindig houdbaar is. "De Formule 1 zal als sport, maar ook als show, uniek blijven en blijven bestaan," zo zegt de adviseur, die wel van mening is dat de sport niet moet verslonzen. "Alles moet financieel gezien wel binnen de perken blijven, maar de Formule 1 moet op technisch vlak wel blijven innoveren," besluit hij.