Volgens McLaren-teambaas Andreas Seidl moet zijn team zich herpakken na de teleurstellende race op Monza, waarin het flink onderdeed voor directe concurrent Renault. De beide teams strijden momenteel voor de titel 'best of the rest', maar willen ze daarin nog het bovenliggende team blijven moet er wel wat gebeuren.
Zowel Carlos Sainz als Lando Norris kregen tijdens de Grand Prix van Italië enkele tegenslagen te verduren. Eerstgenoemde was goed op weg om als zesde over de finish te gaan, tot hij bij een bandenwissel zijn linker voorwiel verkeerd kreeg aangeschroefd. Wobbelend reed hij de pitstraat uit en moest even later zijn auto aan de kant zetten. Norris kon de race wel uitrijden, maar werd tiende door een eerder opgelegde gridstraf.
Niet alleen problemen binnen het eigen team zijn reden voor zorg, ook de voorsprong op het gebied van maximum downforce van de Franse renstal moet daarin worden meegenomen. "Het tempo van Renault was zoals we verwacht hadden. In Spa en Monza hebben we kunnen zien dat we problemen hebben met low-downforce in vergelijking met Renault. Het is teleurstellend dat we hier met slechts een punt vertrekken terwijl Renault zoveel scoort," aldus Seidl.
In het constructeurskampioenschap staat McLaren dertien punten boven Renault, en ook in het coureurs-klassement is het Carlos Sainz die van beide teams de meeste punten heeft. Hij wordt hierin wel direct gevolgd door Daniel Ricciardo, die vijftien punten op de Spanjaard achterloopt. Wil McLaren deze voorsprong behouden moet het wel orde op zaken stellen. "We hebben nu een reset nodig, we moeten analyseren wat er fout ging bij de pitstops. We moeten nog analyseren wat er nu eigenlijk gebeurde, maar wisten direct dat we de auto uit de wedstrijd moesten halen. Dit soort dingen gebeuren helaas," besluit de Duitser.