Mercedes-teambaas Toto Wolff onthult dat het voor zijn team toch wel lastig was om de gestelde limiet van de budgetcap aan te houden. De Oostenrijker legt in gesprek met Auto Motor und Sport uit dat het team diverse updates heeft laten schieten, omdat het bang was dat het de limiet van het kostenplafond zou overschrijden.
Sinds 2021 is de budgetcap binnen de Formule 1 een feit. Het reglement moet ervoor zorgen dat het speelveld tussen de teams een stuk eerlijker wordt. Zo kan Mercedes niet meer uitgeven dan bijvoorbeeld Kick Sauber en Red Bull moet het met hetzelfde maximale bedrag doen als Alpine. In 2024 lag die limiet op 135 miljoen dollar en de teambaas van Mercedes legt uit dat de Zilverpijlen zich in allerlei bochten moesten wringen, om daaraan te voldoen.
Mercedes heeft geen spaarpot op kunnen bouwen
Wolff legt uit dat het team al snel de limiet in zicht had. "Het was allemaal heel krap. Zo kun je geen groot spaarpotje opbouwen. Aan het begin van het jaar schiet je dan te ver door en dan begint het sparen. Aan het eind van het seizoen moesten we het daarom doen zonder een aantal upgrades op het gebied van aerodynamica en mechanica. Er was simpelweg geen geld meer om de onderdelen te produceren."
Crashes maakte situatie penibel
Daarnaast hielp het verloop van het jaar ook niet mee. Zo was George Russell een aantal keren betrokken bij een schuiver en Kimi Antonelli schreef uitgerekend voor zijn thuisfans in Monza de W15 af. "De crashes in de slotfase van het seizoen maakten het echt heel spannend. Kimi Antonelli in Monza en George Russell in Austin en Mexico. Op een bepaald moment hadden we nog maar één setje van een specifieke vleugel. In Mexico konden we niet terug naar de oude aero-specificatie, want er waren geen reserveonderdelen meer en er was geen geld meer nieuwe onderdelen binnen de budgetcap", zo verklaart de teambaas. Wel is Wolff nog altijd voorstander van de budgetcap. Zo is hij van mening dat de teams hierdoor winstgevend zijn geworden en dat de sport hierdoor een stuk duurzamer is geworden.