Volgens statisticus Cory Pesaturo is de dominantie die Max Verstappen vanaf het einde van 2020 tot en met de tiende ronde van 2024 heeft getoond bijna ongeëvenaard in de geschiedenis van de Formule 1. Pesaturo, die elk seizoen in de geschiedenis van de sport heeft geanalyseerd, denkt dat alleen Jim Clark in de jaren '60 in de buurt van Verstappen komt.
Pesaturo heeft voor zijn model van statistieken 'ongeluk' weggehaald uit de carrière van elke coureur. Bijvoorbeeld, Verstappen zou de Grand Prix van Azerbeidzjan in 2021 hebben gewonnen als hij geen klapband had gehad, en races als de Grand Prix van Australië in 2024, waarin de Nederlander vroeg in de race al stopte door motorproblemen, worden verwijderd uit de statistieken. Met deze oefening krijgt Lewis Hamilton bijvoorbeeld een achtste wereldkampioenschap in 2007, gezien de Brit in de laatste ronde van dat seizoen door aanhoudende motorproblemen slechts zevende werd in Brazilië, waardoor hij het kampioenschap met één punt misliep. In deze aangepaste lijst voor 'ongeluk' concludeert Pesaturo dat Verstappen tussen vanaf Bahrein 2020 tot en met Oostenrijk 2024 maar liefst 73% van de races heeft gewonnen, hetgeen een hoger percentage is dan de piek van alle andere grootheden - behalve Jim Clark.
Clark en Verstappen meest dominante coureurs ooit
In de realiteit won Jim Clark in 1963 en 1965 het wereldkampioenschap, maar in het model van Pesaturo zou hij er vier hebben gewonnen als zijn auto's, en die van alle coureurs in die tijd, betrouwbaarder waren geweest. Hij pakt de beste vorm van Clark - vanaf de Grand Prix van België in 1962 tot en met het einde van 1965 - en contrasteert het met Verstappen tussen Bahrein 2020 en Spanje 2024, een periode waarin de Nederlander in het aangepaste model 73% van de races won. "21 overwinningen in 26 races (80% van de overwinningen, red.), 23 eerste of tweede plaatsen in 26, 24 podiumplaatsen in 26 races, 23 van de 34 poles, tien hattricks, negen Grand Slams. Je moet naar Jim Clark gaan om iemand te vinden die het duidelijk beter heeft gedaan dan wat we net van Max hebben gezien. Dat relativeert hoe absurd het is wat Max de afgelopen jaren heeft gedaan in historische context," zo legt hij uit in een interview met Peter Windsor.
Hamilton vaakst een dominante auto gehad
Pesaturo heeft ook voor elke coureur een lijst gemaakt per seizoen of hij over een dominante auto beschikte, een auto die het kampioenschap kon winnen, of alleen een auto die races kon winnen, maar niet het kampioenschap. Hieruit blijkt dat Lewis Hamilton in vijf verschillende jaren een dominante auto tot zijn beschikking had, vaker dan welke andere coureur dan ook. "Het probleem met Hamiltons statistieken is dat hij verreweg de meeste races en de meeste seizoenen een dominante auto heeft gehad. Mensen zeggen 'hij heeft honderd overwinningen behaald, hij heeft honderd poles op zijn naam staan'. Ja, hij had niet alleen een dominante, maar zelfs een totaal dominante auto gedurende vijf seizoenen van zijn carrière, en in al die seizoenen waren er twintig races. Niemand anders heeft zoiets gehad."