Hoewel Fernando Alonso als elfde in Las Vegas werd afgevlagd en dus nipt buiten de punten viel, had de Spanjaard toch wel een grote glimlach na afloop van de wedstrijd. De tweevoudig kampioen was vooral blij voor Max Verstappen en legt bij ElConfidencial uit dat hij niet kan wachten om zelf een keer met de viervoudig kampioen te knokken.
Alonso heeft in zijn imposante carrière met enkele grootheden uit de sport geracet. De Spanjaard onttroonde Michael Schumacher in 2005 als wereldkampioen. Ging als teamgenoot van Lewis Hamilton bij McLaren en de slag en heeft ook nog met Kimi Räikkönen om de zeges geknokt. Eind 2018 zette hij een punt achter zijn Formule 1-carrière en liet daarna optekenen dat hij Verstappen als groot talent vanaf thuis in de gaten hield en dat de Nederlander één van de redenen was dat de sport destijds zo interessant was. In 2021 keerde Alonso terug en de band met Verstappen lijkt er alleen maar beter op te zijn geworden. Zo heeft de Nederlander een aantal keren vertelt dat hij graag met Alonso de 24 uur van Le Mans zou willen rijden.
Een echt gevecht tussen het duo is er op de baan nog niet gekomen. Alonso vertelt na afloop van de wedstrijd in Las Vegas dat hij hoopt dat die knokpartij er nog wel aankomt, voordat hij afscheid neemt van de koningsklasse. "Alle coureurs die tot nu toe met Max om kampioenschappen hebben gevochten, hebben hem niet echt kunnen intimideren. Hopelijk is het mijn beurt en kan ik geschiedenis schrijven", zo legt Alonso uit. Nadat hij Verstappen in het 'vierkantje' feliciteerde met de titel, voegde Alonso daaraan toe: "Ik wacht op je."
Of Alonso kan knokken om de zeges, dat heeft natuurlijk alles te maken met de ontwikkeling van de Aston Martin. In 2023 kon de bolide nog enkele podiumplekken pakken, maar in 2024 rijdt het team vooral mee in het middenveld. De vooruitzichten, met het vele geld van eigenaar Lawrence Stroll en de komst van Adrian Newey, ziet er wel rooskleurig uit. Momenteel trekt Alonso de kar bij Aston Martin en dat doet hij om meerdere redenen. "Je moet dat beetje extra vinden om tevreden te zijn met jezelf en zodat het team ook trots kan zijn op het werk dat je op de baan levert. Als je alles geeft op de baan, dan zullen zij alles geven de volgende keer dat ze een halfuur extra moeten werken of een halfuur minder kunnen slapen. Het gaat om een spiraal van competitiviteit die je in het hele team moet injecteren. We zitten nu in die positie. We kunnen niet vechten voor podia of overwinningen, maar we mogen ons er niet zomaar bij neerleggen om achteraan te zitten en dat te accepteren", aldus Alonso.