Hoewel McLaren-teambaas Andreas Stella van mening is dat de verplichte aanpassing aan de achtervleugels een minimale impact heeft, is Red Bull-teambaas Christian Horner van mening dat het papaja-oranje team wel degelijk last heeft van het verdwijnen van het mini-DRS-effect.
Tijdens de Grand Prix van Azerbeidzjan waren de openingen in de achtervleugel van de MCL38 duidelijk te zien. Er ontstond op de rechte stukken een gleuf in de elementen van de achtervleugel, dat leek op een mini-DRS-systeem. De FIA heeft, na dat raceweekend, aan enkele teams gevraagd om de achtervleugel daarom aan te passen. McLaren heeft aangegeven dat dit op eigen initiatief is gebeurd en om eventuele problemen in de toekomst te voorkomen.
In gesprek met Motorsport.com wijst Horner naar het effect: "Kleine details maken een verschil, vooral als de auto’s zo zijn samengekomen. Het draait allemaal om marginale winsten. Dat is waar de Formule 1 om draait. Dus ja, er zal onvermijdelijk een verschil zijn. Hoe het materiaal is, zal van circuit tot circuit verschillen." De race in Singapore liet echter zien dat het team uit Woking ook zonder de desbetreffende vleugel dominant kan zijn, want Lando Norris wist die race met een voorsprong van 21 seconden op nummer twee Max Verstappen te winnen.
Stella vindt echter dat het effect van het verbod niet groter moet worden gemaakt, dan het is. "Maar dit is een heel klein element als het gaat om de prestaties van de auto. Het heeft niet te maken met een prestatiewisseling van evenement naar evenement. Geen van de prestaties die we zien, beter of slechter zijn, mag hiermee in verband worden gebracht. En ik denk dat dit niet alleen voor McLaren geldt, maar voor elk team, met het feit dat sommige teams misschien gevraagd zijn om het gedrag van de achtervleugel aan te passen."