Toen Lando Norris in de openingsfase van de Grand Prix van Nederland ingehaald werd door Max Verstappen, had hij de hoop op een overwinning eigenlijk al opgegeven. Toch bleek de McLaren de dominante wagen in Zandvoort, en mocht hij uiteindelijk plaatsnemen op de hoogste trede van het podium.
Norris mocht de Dutch Grand Prix afgelopen zondag aanvangen vanaf de pole positie, met Verstappen naast zich op P2. We hebben in het verleden al vaker gezien dat de McLaren-coureur soms moeite heeft met het maken van een goede start, en de race op Zandvoort was hierbij geen uitzondering. Verstappen had een aanzienlijk betere start, en kon hierdoor vrijwel direct voorbij aan Norris. Hoewel het er heel even op leek dat Verstappen er vier op een rij van zou gaan maken in Zandvoort, bleek de McLaren-bolide niet te stoppen te zijn. In de zeventiende ronde van de Grand Prix kon Norris met gemak voorbij aan de drievoudig wereldkampioen, waarna hij uiteindelijk met een voorsprong van ruim 22 seconden over de eindstreep kwam.
Hoewel McLaren uiteindelijk de dominante partij bleek op de zondag in Zandvoort, was dat allesbehalve wat Norris had verwacht. De Brit had na de inhaalactie van Verstappen namelijk niet verwacht dat hij de race nog kon winnen. "Nee. Natuurlijk hadden we er na zaterdag vertrouwen in dat het tempo zeker goed zou zijn", verklaarde Norris tijdens de persconferentie na de race. "Op vrijdag waren mijn long-runs erg goed, maar dan doe je niet meer dan tien of elf ronden en je weet maar nooit wat er in een race van 72 ronden gaat gebeuren. Maar ik zou zeggen dat het tempo van Max op vrijdag er ook niet slecht uitzag."
Norris onderschatte Verstappen niet
"Het was niet zo dat we hier binnenkwamen met de gedachte van: 'Oh ja, we kunnen hem met gemak inhalen op de baan' en vervolgens ook nog zo'n gat trekken als we nu deden", vervolgde hij. "Het gebeurt gewoon niet vaak dat ik aan de leiding ga en dat ik in een positie zit dat ik alles kan controleren, kan doen wat ik wil doen, op mijn banden kan letten en schone lucht heb. Dat maakt uiteindelijk een groot verschil. Dus ik had niet verwacht dat dingen zo goed zouden gaan als nu het geval was."
Norris heeft in het verleden vaker meegemaakt dat hij zijn koppositie na de start kwijtraakte, en dat heeft hem geholpen. "Nadat ik bocht 1 was ingehaald, was ik eigenlijk verrassend kalm, misschien omdat ik een beetje gewend ben om bij de start achteruit te gaan. Ik ben enorm voorbereid op dit soort scenario's en ik was heel kalm en zei alleen maar: 'Oké, wat kan ik nu doen?'" Hij besloot zich te focussen op vooruitkijken en het sparen van zijn banden. "In ronde 10, 11, 12, 13, slaagde ik erin om weer dichter bij Max te komen en begon ik behoorlijk wat optimisme te krijgen dat ik hem op de baan zou kunnen passeren."