Hoewel het Formule 1-avontuur van Nyck de Vries niet langer duurde dan elf races, waarna hij werd vervangen door Daniel Ricciardo, is de oud-Formule E-kampioen daar niet rouwig om. Natuurlijk overheersde na het afscheid de teleurstelling, maar in gesprek met Race Café legt De Vries uit dat er nog genoeg anderen klassen zijn.
De Vries verdiende zijn Formule 1-startbewijs door als invaller van Alexander Albon in Monza (2022) bij zijn debuut direct punten over de streep te trekken. Diverse teams waren geïnteresseerd in de diensten van de Nederlander, maar het werd AlphaTauri die uiteindelijk de handtekening van De Vries kreeg. Het seizoen verliep echter niet florissant, waarbij De Vries betrokken was bij diverse crashes, ook kwam hij aan het begin van het jaar nog tekort op teamgenoot Yuki Tsunoda. Het gat richting zijn voormalig teamgenoot werd uiteindelijk wel kleiner, maar De Vries kreeg uiteindelijk niet meer tijd om dat te laten zien.
Red Bull heeft wel vaker tussentijds ingegrepen en De Vries houdt er dan ook geen naar gevoel aan over. "Nee, ik heb ook totaal geen 'hard feelings' jegens de Formule 1 of hoe het is gelopen. Ik ben dankbaar voor de kans die ik heb gehad en ik heb op die manier een droom kunnen verwezenlijken", opent de Formule E-coureur. Daarnaast is De Vries nuchter: "Het had niet zo mogen zijn. Ik ben nu heel erg blij met hetgeen wat ik wel kan doen."
Een stap naar de Formule E wordt misschien gezien als een stapje terug, maar daar wil De Vries niets van weten. "En wat men daarvan vindt of dat men denkt dat ik het zeg omdat ik het moet zeggen, dat interesseert mij eigenlijk niet. Ik weet hoe ik erover denk en zo is het." Uiteindelijk heeft De Vries als één van de weinigen mogen proeven van de Formule 1 en daar is hij nog altijd blij mee. "Ik heb het gedaan en het is niet gelopen, zoals ik had gehoopt. Natuurlijk was ik teleurgesteld, maar er is meer in de wereld en in de autosport, dan Formule 1", aldus De Vries.