De Formule 1-kalender begint steeds voller en voller te raken en in 2024 hebben we maar liefst 24 races op het programma. Volgens Jacques Villeneuve begint het nu allemaal wel érg veel te worden en hij stelt dat het op deze manier bijna onmogelijk is om een normaal gezinsleven te hebben voor de monteurs en medewerkers.
De Formule 1 wordt alsmaar groter en groter en ook de kalender wordt met het jaar meer uitgebreid. In principe zouden we in 2023 maar liefst 24 keer gaan racen, maar door het verdwijnen van de Grand Prix van China werd dit aantal races gereduceerd tot 23 stuks. Later ging er ook een streep door de Grand Prix van Emilia-Romagna wegens de barre omstandigheden met overstromingen en uiteindelijk is er geen ruimte meer gevonden voor het inplannen van de race op de kalender, waardoor we het met 22 races deden. In 2024 is het plan wél weer om 24 stuks te rijden.
Loodzwaar
Villeneuve vergelijkt de situatie met vroeger, toen het met name voor de coureurs erg druk was: "Als je terugkijkt naar de dagen met het testen, waren er minder races maar een hoop tests. Het aantal afgelegde kilometers en dagen op het circuit waren toen veel meer voor de coureurs, maar je had twee teams. Een testteam en een raceteam. De engineers konden toen gewoon naar huis en weer terug. Nu is het gewoon loodzwaar geworden voor de engineers", vertelt de voormalig coureur tegenover PlanetF1.
Gezinsleven
Geen gemakkelijke situatie voor een mogelijk gezinsleven dus, stelt Villeneuve. "Het stopt je om een gezinsleven te beginnen. Het is natuurlijk wel een keuze. Het is een gepassioneerde baan. Je weet het wanneer je begint, dus je kunt daarna ook niet gaan klagen. Als je nu begint, lijkt het je prima om te reizen en dit te doen. Dat is de keuze die je maakt. Niemand zegt dat je niet een baan vanuit huis mag hebben. Nieuwe gasten die in deze sport komen weten waar ze aan beginnen. Het is anders voor de engineers die begonnen toen het nog zeventien races per jaar betrof. Dat is heel anders. Maar de sport is nu op zijn allergrootst, dus je kunt ook weer niet klagen."