Nyck de Vries werd vorig seizoen na een teleurstellende eerste tien races vroegtijdig uit zijn Formule 1-droom geholpen door Helmut Marko. De Nederlander blikt voor het eerst sinds zijn deceptie terug op het hele verhaal, maar houdt geen nare gevoelens tegenover de Red Bull-stal eraan over.
Het gedroomde Formule 1-avontuur van De Vries kwam na een periode van slechts tien races tot een einde. De coureur uit Sneek wist sinds zijn entree vorig jaar zelden echt indruk te maken op de fans en de directie van Red Bull en eigenlijk hingen er vanaf zijn eerste races al vraagtekens boven het hoofd van de 28-jarige coureur. De druk op De Vries werd alsmaar groter en groter en zijn prestaties werden ook niet beter. Doorgaans moest hij zijn meerdere erkennen in Yuki Tsunoda en het geduld voor Marko en consorten raakte vroegtijdig op.
Kritieken
Natuurlijk kon het allemaal in de media langer aangekomen zien worden. De Vries werd elk raceweekend wel weer geconfronteerd met de kritische geluiden en vaak onder handen genomen met die kritieken. Daar probeerde hij zich gewoon van af te sluiten en niet mee bezig te zijn: Ik kreeg heel veel niet mee en probeerde me er zo veel mogelijk van te distantiëren. Maar ik kan tegelijkertijd ook niet zeggen dat de beslissing als een totale verrassing kwam. Ik ben niet naïef", zegt hij tegenover De Telegraaf.
Wrok naar Marko
Uiteindelijk was het dus Marko die met de spreekwoordelijke vuist op tafel sloeg en een einde maakte aan het avontuur van de coureur uit Friesland. Door sommigen als een oneerlijke beslissing - kijkende naar de korte tijd die De Vries kreeg - genoemd: "Of het eerlijk of rechtvaardig is, dat is voor mij eigenlijk totaal irrelevant. Ik koester ook helemaal geen wrok richting Helmut Marko of richting Daniel Ricciardo of zijn tijdelijke vervanger Liam Lawson. Dat is part of the business. Ik ben heel dankbaar voor de kans die ik heb gekregen.”