De Formule 1 zal te maken krijgen met nieuwe technische reglementen voor het seizoen van 2026. Ook zullen de motorleveranciers zich moeten houden aan nieuwe regels met betrekking tot de power unit. Dit zou wel eens een voordeel voor Ferrari kunnen zijn en juist een nadeel voor Mercedes, en dit is waarom.
De 1,6 liter V6-turbo hybride power unit blijft voor 2026, maar de MGU-H zal uit de krachtbron worden gehaald om kosten te besparen. Desondanks hoopt men dat er meer elektrisch vermogen zal worden gebruikt door de MGU-K op te schroeven van 120 naar 350 kilowatt (van 160 naar 470 pk). Het doel is om de verbrandingsmotor minder te gebruiken en zo maar 70 in plaats van 100 kilogram benzine per race te verbruiken. De benzine voor 2026 zal sowieso 100% duurzaam worden om proberen de Formule 1 CO2-neutraal te maken vanaf 2030. Het verdwijnen van de MGU-H kan overigens turbo-lag tot gevolg hebben. De coureurs zullen dan bij het uitkomen van bochten voor een grotere uitdaging staan om de controle niet te verliezen. De turbo zelf zal ook onder handen genomen worden.
Wat is een turbo eigenlijk?
Een turbo is een compressor. Het wordt in de power unit van een Formule 1-auto gebruikt om de lucht die de motor ingaat, samen te drukken. Op die manier neemt de dichtheid van de lucht toe en de motor kan dan meer vermogen halen uit de benzine die wordt verbrand. De energie uit de uitlaatgassen wordt gebruikt om een turbine te laten draaien die de binnenkomende lucht comprimeert. Naast deze 'gewone' turbo is er in de koningsklasse van de autosport ook nog de gesplitste turbo. Deze is, zoals het woord al zegt, gesplitst in twee afzonderlijke delen met de compressor aan de voorkant van de power unit en de turbine aan de achterkant. Hierdoor reageert de turbo beter en gaat het vermogen omhoog bij een groter toerental. Ook zou het totale gewicht van de turbo wat naar beneden kunnen, omdat het ontwerp van de power unit geoptimaliseerd kan worden voor efficiëntie. Daarnaast hoeft de lucht die door de compressor gaat niet nog extra gekoeld te worden, terwijl deze terug naar de motor wordt geleid.
Mercedes introduceerde de gesplitste turbo meteen aan het begin van het hybridetijdperk in 2014. Het was een lastige taak, maar met behulp van de vrachtwagenafdeling van Daimler-Mercedes kregen ze het toch voor elkaar om de sterkste power unit te bouwen. Honda kwam met de gesplitste turbo in 2017, mede dankzij de privévliegtuigafdeling van de Japanse gigant. Het moederbedrijf van Alpine, Renault, stapte pas voor 2022 over op de gesplitste turbo. Ferrari heeft echter altijd gebruik gemaakt van de 'gewone' turbo. Het lijkt erop dat de gesplitste turbo vanaf 2026 de prullenbak in kan. Volgens artikel 5.5.5.e van de voorlopige technische reglementen voor dat Formule 1-seizoen mag de afstand van de compressor tot de turbine namelijk niet meer dan 175 millimeter (17,5 centimeter) zijn. Omdat Mercedes helemaal geen ervaring heeft zonder gesplitste turbo, zou dat wel eens een groot nadeel kunnen zijn voor de Duitse motorleverancier, wanneer die configuratie vanaf 2026 niet meer gebruikt mag worden. De Zilverpijlen zullen weer vanaf nul moeten beginnen. Ferrari kan zich ondertussen in de handen wrijven. Zij hoeven het concept van hun turbo helemaal niet aan te passen.